Het eerste schriftje dateert van 1986. ‘Hersenspinseltjes’. Er stond een oude koffer op zolder, vol met dergelijke schriftjes, volgeschreven boekjes, getypte velletjes, verstofte gevoelens. De inhoud van de koffer is verhuisd naar een kist in de huiskamer.
Je gaat met de tijd mee. In de loop der jaren staat er her en der wat op een harde schijf, op een stickje, in een ‘cloud’. Heel sporadisch borrelt er nog wat naar boven in het overvolle confettihoofd. De drang om te verzamelen, te ordenen, ja zelfs om te delen, groeit. Iets met ‘tijd’. Nog meer geldt dat voor het schrijven. ‘Waar ben ik gebleven?’
Gedichten als watten in het hoofd. Gevoelens die als ongrijpbare wolken aan de hemel voorbij jagen. Adembenemend mooi, overweldigend robuust, dreigend donker, onzichtbaar maar toch aanwezig…Altijd in beweging, rusteloos, nooit hetzelfde. Maar altijd puur. Natuurlijk. Zonder opsmuk.
Vandaar. Wolken van katoen.